Running Nu
Call Us Free: 1-800-123-4567

Mythes in de sport 1

Mythes in de sport 1

Een als waar aangenomen verzinsel. Daar bestaan er nogal wat van in de sport. Door de toenemende invloed van de wetenschap in de sport worden veel mythen naar het rijk der fabelen verwezen. Op Prorun kunt u geregeld artikelen van de hand van onze medewerkster Miriam van Reijen lezen. Zij vertaalt de laatste relevante wetenschappelijke literatuur naar voor lopers en loopsters praktische informatie.
Toch moeten we opletten dat we wetenschap niet op een voetstuk plaatsen zodat er het gevaar ontstaat dat er weer nieuwe mythevorming ontstaat. Want wetenschap wordt bedreven door mensen en waar mensen werken worden fouten gemaakt. Of, en dat zien we ook zo af en toe, er worden recente onderzoeken over het hoofd gezien en worden we nog jaren lang bestookt met achterhaalde informatie. Zeker als er commerciële belangen in het spel zijn.

Fysioloog Wim Burgerhout probeert in het boekje Mythes in de sport 1: Over conditie, melkzuur en gezondheid ons kritisch te laten kijken naar aannames en theorieën over de effecten van training in de sport. Het boek is bedoeld voor professionals die in studie of beroep met inspanningsfysiologie te maken hebben. Maar ook voor trainers en atleten die zich interesseren wat er tijdens de inspanning gebeurt in het menselijk lichaam. Het vergt wel een basiskennis op het gebied van de fysiologie. Gelukkig heeft Burgerhout er voor gekozen om de eerste twee hoofdstukken te gebruiken om de kennis op te frissen.

Na de opfriscursus komt in het hoofdstuk De maximale zuurstofopname de vraag aan bod of de maximale inspanningstest wel echt tot het maximum gaat. Of is de VO2max wel een goede maatstaf voor het vermogen tot presteren? Burgerhout legt helder uit welke processen de VO2max bepalen en in hoeverre deze processen te beïnvloeden zijn. Met tabellen en figuren worden de criteria duidelijk gemaakt.

En dan volgt de hamvraag: welke waarde heeft de gemeten VO2max test voor de de praktijk? Komt de laboratoriumtest wel overeen met wat er in de wedstrijd gebeurt? Wim Burgerhout illustreert dit met een voorbeeld uit de Tour de France. Als een renner de Mont Ventoux op fietst dan heeft hij waarschijnlijk een oortje in waardoor hij de info uit de wedstrijd ontvangt, hij wisselt voortdurend van ritme en houding, hij krijgt aanmoedigingen uit het publiek, hij ziet de eindstreep. Steeds zal hij zijn inspanningsniveau aanpassen aan de omstandigheden. De auteur haalt Noakes, de schrijver van de hardloopbijbel Lore of Running terecht even aan. Noakes, die onlangs een eredoctoraat kreeg aan de Faculteit Bewegingswetenschappen van de Vrije Universiteit, noemt een proefpersoon die zonder na te denken een maximale inspanningstest moet verrichten een brainless model of human exercise performance. Een hersenloos model waarin de atleet wordt gereduceerd tot een combinatie van hart, longen en spieren.

In de laatste alinea haalt Burgerhout een artikel van Shephard aan: Is the measurement of maximal oxygen intake passé? En hij onderschrijft dat. Je kunt beter afgaan op recente prestaties dan op de laboratoriumtest.

En op deze wijze neemt hij ook afscheid van melkzuur. De mythe rondom honderd jaar verzuren wordt langzaam ontleedt. De verkopers van pillen en drankjes om het “giftige” melkzuur af te voeren zullen niet blij zijn met de uitleg in het boek.

Het laatste hoofdstuk draait om de vraag of sport gezond is. Ik denk van wel. Wim Burgerhout laat zien dat hij een echte wetenschapper is. Zijn antwoord is: zeer waarschijnlijk wel. Want zoals een goed wetenschapper betaamd geeft hij antwoorden maar komt hij ook weer met vragen waar het antwoord nog niet goed op gegeven kan worden.

Ik heb het boekje met veel aandacht gelezen. Het vergt toch wat kennis van de biologie en dan met name de inspanningsfysiologie. Het is niet voor leken, maar iedere trainer of andere professional in de sport met wat gedateerde kennis moet dit boekje wel even lezen.

Deze recensie is in november 2011 geschreven voor Prorun.nl

Laat een reactie achter

"De finish is niet het einde van het lopen..." (Ultraloper Jan Knippenberg)