Running Nu
Call Us Free: 1-800-123-4567

Archief voor de categorie ‘Hardloopverhalen’

Het wereldrecord indoormarathon van Steef Kijne

Drie jaar nadat Cees Verhoef in Ahoy het officieuze wereldrecord op 2.40.37,8 zette was het in 1978 de beurt aan Steef Kijne om een aanval te wagen. Ik sprak Steef in Kralingse Veer, het stukje Rotterdam tussen de Brienenoordbrug en Capelle aan den IJssel. “Ik was gebiologeerd door de prestatie van Cees Verhoef, een mooie loper. Ik wilde dit ook.” Op de houten baan van Ahoy stond een stippellijn die de ronde van 192 meter en 22 centimeter markeerde. “In elke bocht stond een jurylid”, zegt Steef Kijne, “om te controleren of ik niet over de stippellijn ging.” Een record kan je alleen lopen in een wedstrijd dus liepen er nog vier lopers mee. De meeste steun kreeg Kijne van de boomlange Jan Kaat. Drinken deed hij amper tijdens de marathon. Als sportvoeding werd vlak voor de start een theelepel honing genomen. Pas een ronde of tien voor het einde nam Kijne wat te drinken. “Toen had ik al een shirt uitgetrokken. Ik had er twee aan, beide kurkdroog, ik zweette amper.” Om de marathonafstand af te leggen moest hij 219 ronden lopen. De eerste ronden gingen te snel. “Elke keer hoorde ik Bertus Veldhoven, mijn trainer, roepen dat het […]

Lees verder

Vijf-twaalf

Enkele jaren geleden maakte ik de keuze om mij meer te richten op het geven van trainingen. De consequentie was dat zelf gericht trainen over was. Al mijn energie gaat naar de talenten van onze MiLa-groep van CAV Energie en naar de bedrijven waarvoor ik via mijn bedrijf training geef. En daarnaast kost mijn rol in het Ultraplatform ook de nodige tijd. En ik wil niet zomaar training geven, ik wil weten hoe ik beter training kan geven dan andere trainers. Vanwege mijn achtergrond probeer ik de wetenschappelijke kant van de sport te begrijpen. En die insteek kost zoveel tijd dat naast het training geven zelf trainen amper lukt. Maar meters maak ik, met alle groepen tijdens de warming-up en cooling down, met bedrijvengroepen op de weg, met heen en weer lopen naar mijn werk of de training. En, als je acht trainingen in de week geef, dus ook heel veel losmaakoefeningen! Maar je kan nog zoveel wetenschappelijke ideeën lezen en doorvertellen, zelf ervaren is natuurlijk beter. Zo ben ik al een tijdje gecharmeerd van de onderzoeken die in Zuid-Afrika worden gedaan door de groep van Tim Noakes. Die kennis, en dan met name de onderzoeken naar de oorzaak van […]

Lees verder

Straatnaambordjesblues

“Heb je dat straatnaambordje gezien?”, vroeg meeloper E toen we langs de rand van Roosendaal liepen. Krampenloop stond er op het bordje. We hadden ons een kilometertje of dertig eerder al afgevraagd of er ooit een straat, een brug of mogelijk een kanaal naar ons genoemd zou worden. We twijfelden erg. We weten het niet maar voorlopig lijkt het ons niet waarschijnlijk. Of je moet Commissaris worden. Zo heeft ene Commissaris van den Harten ten slotte ook zijn eigen brug gekregen bij Oud-Gastel. Wie moet je zijn hee wat moet je doen voor je naam op een straat of een plein of een plantsoen hoe groot moet je zijn hoe dood moet je zijn voordat je naam op een straatnaambordje komt te staan Dat zong Harry Jekkers in zijn Straatnaambordjesblues. Groot zijn we niet, en dood ook niet helemaal. Al voelde ik mij aan het einde van de zondagse duurloop stevig doorgekookt. Maar dat probleem was in Stampersgat gauw opgelost in het zo goed als uitgestorven lokale café. Twee biertjes, eentje voor het wegspoelen van alle sportdrank en de tweede voor de dorst. Gesprekken over straatnaambordjes, over bruggen die naar je vernoemt worden; dat is zo’n beetje het niveau van […]

Lees verder

Marti ten Kate over de City – Pier – City

Hoe snel legt de 1.72 meter hoge Ten Kate een halve marathon af, indien hij zich op de laatste vijf kilometer met een uiterste krachtsinspanning moet verweren? Of als hij zich optimaal voorbereidt? De 1.01.34 kwam nu tot stand in een veredelde snelheidstraining aan het slot van een week waarin hij 230 kilometer aflegde (inclusief een baantraining waarin duizendjes van 2.58 via 2.49 tot een finale van 2.35 werden gerealiseerd). Dit bovenstaande vroeg Rob Velthuis, verslaggever van het hardlooptijdschrift Runners zich af na de vijftiende editie van de CPC. Ook Marti ten Kate zelf vraagt zich dat hedentendage wel af: “Het is jammer dat ik CPC nooit heb gelopen als doel op zich. Het was altijd een halve marathon terwijl je in voorbereiding was op een voorjaarsmarathon. In die tijd was er ook nog geen WK halve marathon, dus tijden op een halve zeiden iedereen heel weinig.” Marti won de CPC maar liefst vier keer. Van 1986 tot en met 1990 was hij onklopbaar in Den Haag. Het bovengenoemde citaat uit de Runners stamt uit 1989, toen hij tot het kilometerpunt 16 nog enige tegenstand had van de Belg Hellebuyck. Het jaar ervoor was hij met John Vermeule degene die […]

Lees verder

Duizenden pedofielen op het Voorhout

“City-Pier-City-loop vierde haar eerste lustrum met duizenden pedofielen” kopte De Atletiekwereld boven het artikel van de CPC van 1979. Een kop die je tegenwoordig niet meer zo snel boven een artikel over een hardloopwedstrijd verwacht! Tijdens de vijfde CPC hadden de Nederlanders weinig in te brengen. De Noren en de Duitsers waren met een sterke equipe in Den Haag neergestreken. De Noren logeerden in de plaatselijke jeugdherberg Ockeburg en knoopten er onder leiding van hun coach Stener Speilberg een trainingsstage aan vast. Het was Øyvind Dahl die de wedstrijd domineerde. De Noor had een goede reputatie als tien kilometer loper. De Viking had een tijd van 28.30 achter zijn naam staan. Met een doorkomst van 14.15 op de eerste vijf kilometer was een deel van de verwachte tegenstanders al geklopt. De Engelsen met atleten als Jef Norman, Dave Cannon en Colin Taylor in de gelederen waren gezien, de tamelijk zwakke Nederlandse delegatie met Ad Buys, Henk Kalf en Theo Verbeek speelden geen rol van betekenis en de Duitsers hadden alleen Schirmer en Dörrenbächer in de voorhoede. Dahl had steun van zijn landgenoten Simonson en Svein Arne Pedersen. De winnaar van de vorige CPC, Wolf Dieter Poschmann en de winnaar van […]

Lees verder

De draagbare tv van Henk Kalf

Het voorjaar van 1975, één atleet was onverslaanbaar op de Nederlandse wegen. Op 15 mei siert hij, Henk Kalf, de voorpagina van De Atletiekwereld, een stukje fruit grijpend tijdens de Amsterdamse marathon. Begin april van dat jaar reist de Groninger af naar Salzburg voor een sterk bezette internationale wedstrijd over tien Engelse mijlen. Kalf, op dat moment in het bezit van de beste Nederlandse tijd op deze afstand loopt daar 49.03, maar liefst 17 tellen sneller dan zijn tijd van het jaar daarvoor, gelopen in Breda. Twee weken later staat de man in vorm aan de start van de allereerste City-Pier-City loop in Den Haag. Aad Steylen, de bondscoach van de marathonselectie had zijn mannen op de wedstrijd gewezen. De start van de 14,5 kilometer lange wedstrijd was aan het Lange Voorhout en liep via Scheveningen terug naar het centrum. De loop was bedoeld als propaganda voor het hardlopen. De Haagse clubs Sparta, Olympia’48, Haag’68 en V&LTC werkten samen met de gemeente en de commissie super lange afstanden. Samen met honderden vrijwilligers, juryleden en de Haagse Hermandad wisten de hofstedelingen een vlekkeloze wedstrijd te organiseren. Een wedstrijd met zo’n 150 atleten en ongeveer 500 ’trimmers’. Henk Kalf plaatste halverwege de […]

Lees verder

Arie Vosbergen

Om even over elven fietst Arie Vosbergen de straat uit. Op het Oostplein is het al druk. De kerk komt net uit en dan is het altijd opletten, voor je het weet zit je met je voorwiel klem tussen de tramrails. Het zou niet de eerste keer zijn dat Arie vlak voor een belangrijke marathonloop op de kinderkopjes van de Goudsche Singel komt te liggen. De kortste weg naar het Exercitieterrein is rechtsaf langs sigarenhandel van Sillevoldt en Horstink over de Boezemsingel. Maar Arie heeft zijn verloofde Maria beloofd haar op te halen. Het kribbelt, weer een marathon voor Arie. Hij waant zich Johnny Hayes, de Amerikaan die de dramatische Olympische marathon van Londen won. Die 24ste juli in Londen staat hem nog scherp op zijn netvlies. Met open mond had Arie al door Londen gewandeld samen met zijn clubgenoten Willem Wakker, Wim Braams en de oude Büff. Wat een drukte, overal koetsen, overal mensen. Dan is Rotterdam toch een dorp. De start werd verplaatst naar de andere kant van het paleis omdat één van de prinsjes ziek was. Het zou toch wat zijn als Prins Hendrik met de kleine Juliana dadelijk op het Schuttersveld zou staan! Arie vond het […]

Lees verder

“Lichamelijk kan ik het tempo wel aan, alleen geestelijk niet.”

“Lichamelijk kan ik het tempo wel aan, alleen geestelijk niet.” Dat was toch wel de mooiste uitspraak van de training van vanmorgen. Persoonlijk heb ik het meestal andersom, ik droom geregeld dat ik samen met Haile Gebrselassie zij aan zij de Coolsingel opdraai. Maar ja, geestelijk kan ik dat wel aan. Echter lichamelijk wil het nog niet lukken… Ik mocht samen met Henk P de “zevenentwintig minuten groep” voorlopen. Die 27 staat voor de tijd die we over vijf kilometer lopen gedurende de 25 km training. Henk doet dit al jaren met gemak. Nu mocht ik met hem mee, gehuld in een geel veiligheidshesje met in grote cijfers 27 op mijn borst en rug. De bovenstaande uitspraak kwam van een loper in onze groep. Deze meneer moest er na vier (!) kilometer al bijna af. Het tempo lag voor hem iets te hoog. Ik kreeg een seintje van een van de begeleidende fietsers dat een loper het moeilijk had. Ik liet mij afzakken naar de staart van de groep en knoopte een praatje aan met de twee laatste lopers. Eentje wilde binnenkort een marathon lopen. Het liefst zo rond de vier uur. Nu heb ik op deze plaats al geregeld […]

Lees verder

“Loopers met dunne beenen hebben een streepje voor”

Eén van de meest markante marathonkampioenen die Nederland heeft gekend was Pleun van Leenen van het Rotterdamse D.O.S. Pleun van Leenen debuteerde op 25e jarige leeftijd in de marathon van Rotterdam op 12 september 1926. In tegenstelling tot de vorige edities liep men niet naar Gouda maar naar Delft. Nadat de leider in de wedstrijd, Cramer, door een valpartij in Delft moest opgeven liep Pleun van Leenen aan kop met zijn clubgenoot Kemp, O.D.I. loper Hoogeveen en de Delftenaar Vrijmoet. De jonge Kemp liep al snel na het verlaten van Delft uit en won met ruime voorsprong deze vierde Rotterdamse marathon. Van Leenen werd in zijn eerste marathon derde, met acht minuten achterstand op Kemp. Van Leenen klokte op de Wielerbaan 3.15.05. Een jaar later werd Van Leenen tweede in de marathon van Amsterdam. Deze keer was een andere clubgenoot van, Teun Sprong, hem te snel af. Van Leenen had een zware baan in de bouw. Elke dag om vijf uur ging de wekker. En na het werk, vaak al voor het eten, trainde hij dikwijls in het Kralingse Bos. Het vele trainen wierp zijn vruchten af. Van Leenen won de kwalificatiemarathon voor de Olympische Spelen van 1928. In een […]

Lees verder

In de categorie nutteloze uitvindingen: de loopband

Bij menig hardloper staat er eentje in de slaapkamer: de loopband. Je kan lekker trainen als het buiten regent, of als je een hekel hebt om in het donker te trainen. Ook op sportscholen zie je hele hordes puffende en zwetende mensen het laatste nieuws bekijken op zo’n apparaat. In het Rotterdamsch Nieuwsblad van 7 juni 1909 staat een artikeltje over uitvindingen die eigenlijk in de categorie onzinnig of nutteloos behoren. Het RN schrijft: “Tot de aangenaamste en soms ook tot de nuttigste menschelijke bezigheden behoort het uitvinden en allerwegen zijn er dus op de wereld menschen bezig allerlei vernuftige bedenksels uit te broeien om ‘t hun medemensch makkelijk en zichzelf rijk te maken.” Ze geven een paar voorbeelden van de laatste uitvindingen, een speciale messenslijper, een dubbelwerkende schaar die zodanig is ingericht dat deze ook knipt bij het openen, een vliegenvanger waarin vliegen vernuftig met suiker en honing in de val worden gelokt én een loopband! Jawel, 99 jaar geleden was er al een loopband. “En ten laatste heeft een “Marathonlooper” die het oefenen buitenshuis niet gezellig vindt een instrument bedacht in den vorm van een tredmolen waarop hij zich even prettig traint als een ander op den weg […]

Lees verder
"De finish is niet het einde van het lopen..." (Ultraloper Jan Knippenberg)